Waar?


Wandel steeds op het voetpad. Is er geen voetpad, kies dan voor een bewandelbare berm of, als voetpad of berm niet mogelijk zijn, voor het fietspad (opgelet, fietsers hebben daar voorrang. Hou daar rekening mee!).


Kan je niet anders dan wandelen op de rijbaan? Stap dan links achter mekaar. Zorgt links wandelen voor slechte zichtbaarheid op het verkeer (of omgekeerd, ben jij als wandelaar erg slecht zichtbaar voor het verkeer) twijfel dan niet om uitzonderlijk rechts te wandelen. Ook een hindernis op de weg die voor een onveilige situatie zorgt is meer dan reden genoeg om alsnog rechts te gaan stappen. Kijk dus vooruit en denk in functie van de verkeersveiligheid!


Oversteken?


Gebruik steeds het zebrapad op minder dan 30 meter afstand.


Als overstekende voetganger heb je voorrang. Maar wees voorzichtig en met de nodige aandacht voor naderende voertuigen.


Is er geen zebrapad in de buurt, dan kies je een plaats waar je voldoende ziet en gezien wordt. Zoek oogcontact met een aankomende chauffeur. Laat je bedoeling om over te steken ook duidelijk (maar vriendelijk) blijken.


Op een zebrapad met voetgangerslicht moeten de wandelaars die zich al op de oversteekplaats bevinden verder lopen als het licht op rood springt. Wie voor het rood licht staat moet wachten, ook als een deel van een groep wandelaars.....


Opgelet?


Een tram heeft altijd voorrang.


Voor een groep (meer dan zes personen) met begeleiding maakt de wet een uitzondering. Zij mogen op de rijbaan lopen. Dat moet niet verplicht achter mekaar, maar dan wel rechts en zonder meer dan de helft van de rijbaan in te nemen. Op een drukkere weg blijft het aangewezen om steeds voor het voet- of fietspad te kiezen en als dat niet kan alsnog links achter mekaar te gaan stappen. Ook hier, maak elke keuze weloverwogen en in functie van de veiligheid! Overigens, bij slechte zichtbaarheid ben je verplicht om verlichting mee te dragen.


Meer? Surf naar www.sportenverkeer.be